In de afgelopen periode legde God het woord Trouw in mijn gedachten. In de dikke van Dale, Nederlands’ meest gezaghebbende woordenboek, staat:
– iemand niet verlatend, ook niet in moeilijke omstandigheden
– zijn plichten nauwgezet vervullend
>het trouw-zijn: te goeder trouw – zonder kwade bedoelingen >gehechtheid
Trouw gaat dus over bij elkaar horen, over elkaar niet verlaten, ook niet in moeilijke omstandigheden. Over je bedoelingen, over gehechtheid. Maar gaat dat dan over God, of over mij of over de ander? Of misschien wel over alle drie?
Op verschillende plaatsen in de Bijbel kom je woorden tegen over de trouw van God. Je komt er dan achter dat trouw in het karakter van God verankerd is. Het is een deel van de aard van God. Deuteronomium 7 zegt in vers 9:
Besef dus goed: alleen de HEER, uw God, is God en Hij houdt woord; Hij komt zijn beloften na en is trouw aan ieder die hem liefheeft en die doet wat Hij gebiedt, tot in het duizendste geslacht.
Hier wordt tegen het volk Israël gesproken, voordat zij het beloofde land gaan intrekken en het gaat hier over het karakter van God. Alleen Hij is God. In deze tijd is het belangrijk om dat vast te stellen en vast te houden. De Bijbel leert dat er maar één God is, de God van Abraham, Izaäk en Jacob, de IK BEN: alleen de Heer uw God is God. En wat is zijn karakter? Hij houdt woord, Hij komt Zijn beloften na en Hij is trouw.
Mensen zeggen wel eens: “ik zie er niets van dat God liefde is of dat God trouw is. Kijk eens in wat voor omstandigheden ik zit”? Maar er staat ook iets genoemd bij die trouw van God: Hij is trouw aan ieder die hem liefheeft en die doet wat Hij gebiedt.
Er is een voorwaarde gekoppeld aan die trouw van God. Hij is trouw als jij hem liefhebt en als jij doet wat Hij gebiedt. Het lijkt wel een huwelijk, er zit een wederkerigheid in, het moet van twee kanten komen.
Ik weet dat Deuteronomium in het oude testament staat en ik weet dat we inmiddels onder de genade van Jezus mogen leven. Niets van wat wij doen kan onze redding en genade bewerken. Maar Jezus zegt in Johannes 14:21 dit:
“Wie mijn geboden kent en zich eraan houdt, heeft mij lief. Wie mij liefheeft zal de liefde van mijn Vader en mij ontvangen, en ik zal mij aan hem bekendmaken.”
Het gaat om een principe van God, dat onder het nieuwe verbond wordt herhaald door Jezus.
Jona 4:2b zegt: “Ik wist het wel: u bent een God die genadig is en liefdevol, geduldig en trouw, en tot vergeving bereid”. God houdt niet alleen Zijn woord en houdt niet alleen zijn beloften (Deut. 7), maar Hij is ook nog eens genadig, liefdevol, geduldig, trouw en tot vergeving bereid. Die karaktereigenschappen van God komen we op verschillende plaatsen in de Bijbel op dezelfde manier tegen.
U, Heer, bent een God die liefdevol is en genadig, geduldig, trouw en waarachtig. (Psalm 86:15), Barmhartig en genadig is de HEERE, geduldig en rijk aan goedertierenheid. (Psalm 103:8), Niet je kleren moet je scheuren, maar je hart. Keer terug tot de HEER, jullie God, want Hij is genadig en liefdevol, geduldig en trouw, en tot vergeving bereid. (Joël 2:13).
Zo is God dus, dat is het karakter van God. Genadig, liefdevol, geduldig, trouw, tot vergeving bereid, waarachtig, barmhartig, rijk aan goedheid.
Maar hoe zit het met onze trouw? Ik wil wat laten zien uit Handelingen 11:23 en 24.
Toen deze aankwam en de genade Gods zag, verheugde hij zich en wekte allen op om naar het voornemen van hun hart de Here trouw te blijven; want hij was een goed man, vol van de heilige Geest en van geloof. En een brede schare werd de Here toegevoegd.
Hier wordt gesproken over de bekeerde Grieken in Antiochië. Zij worden door Barnabas opgeroepen om de Here trouw te blijven, naar het voornemen van hun hart. Kennelijk was er in hun hart dus een goed voornemen. En bij deze christenen was het goede voornemen om de Here trouw te blijven. Ik leer twee dingen van dit ene vers:
1) Het leert mij dat onze trouw aan God iets is waar we zelf aan moeten werken. Het komt ons niet aanwaaien. Het moet een voornemen van je hart zijn, een bewuste actie. Je moet jezelf dus voornemen om trouw te zijn aan God, je moet het als het ware zeggen tegen jezelf: ik wil trouw blijven aan God. Engelse vertalingen gebruiken hier ‘purpose of heart’, doel van je hart.
2) Het tweede dat ik zie, is dat Barnabas deze Christenen opwekte om trouw te blijven aan dat goede voornemen. Ik leer daarvan dat je elkaar nodig hebt en elkaar kan opwekken om het voornemen van je hart (de Heer trouw blijven) vast te houden.
In Psalm 89:9 staat: ‘HEER, God van de hemelse machten, HEER, wie is zo sterk als u? Trouw omhult u als een mantel’.
Wat een mooi beeld is dat, een mooi beeld om een voorbeeld aan te nemen. Wat zou het mooi zijn dat ze van ons als Christenen kunnen zeggen: trouw hoort bij hen als een mantel die helemaal om hen heen valt, als een passende jas.
Psalm 91:4 zegt: Hij zal je beschermen met zijn vleugels, onder zijn wieken vind je een toevlucht, zijn trouw is een veilig schild.
Gods’ trouw voor ons is een veilig schild. Ik geloof dat daar een geestelijk principe in verborgen zit. Trouw is een schild. Trouw biedt bescherming. Onze trouw aan God is een schild dat ons beschermt, maar trouw aan elkaar is dat ook.
Gerdo